Als kind leren we maar al te vaak, dat het onwenselijk is om bepaalde emoties te hebben. Denk maar aan boosheid, verdriet en angst. Misschien mochten we ze wel hebben, maar we mochten ze dan liever niet laten zien. Dat komt doordat onze ouders deze emoties ook niet mochten hebben of tonen in hun eigen jeugd. Alles wat we hebben weggestopt, verdwijnt naar de wereld van het onderbewuste. Dus het onderbewuste van onze ouders zit al bomvol met onverwerkte en niet erkende emoties als wij op de wereld komen. En alles wat we niet in onszelf willen zien, willen we ook niet in anderen zien, want dan wordt onze eigen pijn getriggerd. Zo komt het dat onze ouders ons veroordelen of straffen als we ‘lastig’ zijn. En omdat wij als kind feilloos het oordeel van onze opvoeders overnemen, is het niet vreemd dat we onszelf de rest van ons leven óók veroordelen als we die ongewenste emoties dan toch hebben. Vaak worden we meesters in het verbergen en ontkennen van deze lastpakken. Of we vechten er doorlopend tegen. Maar de strijd met jezelf, kun je niet winnen door te vechten.
Meer bewustzijn
Hoe kunnen we dan wel veranderen? Daarvoor is bewustzijn nodig. Zelf had ik er onder andere een opleiding voor nodig om deze inzichten te verdiepen (Systemisch Werk / familieopstellingen). Daar leerde ik keer op keer – door ervaring, ondersteund met argumenten – dat alle emoties bestaansrecht hebben. Ik moest dit herhaaldelijk meemaken voordat ik het een beetje begon te geloven. Het zit namelijk heel diep, dit idee dat bepaalde gevoelens er niet mogen zijn. Alleen door jezelf te herprogrammeren/heropvoeden, kan dit gevoel slijten en plaats maken voor een nieuw gevoel over jezelf. Waarbij je leert om met meer mededogen en minder oordeel naar je eigen binnenwereld te kijken. Je ziet uiteindelijk in, dat het allemaal niet jouw schuld is dat je je zo voelt. En dat je het allemaal veel erger maakt dan het is, zolang je jezelf niet toestaat om lastige dingen te voelen en indien nodig, te onderzoeken. Hiermee haal je ze uit het onderbewuste naar boven, naar het bewustzijn.

Jaloezie overwinnen
Een paar jaar geleden had ik een ervaring die me leerde hoe bevrijdend het was, om mezelf uit te spreken. Ik had, toen ik mijn huidige partner leerde kennen, vreselijk veel last van jaloezie. Omdat ik dat een lelijke en beschamende emotie vond, wilde ik die het liefst zo ver mogelijk wegstoppen. Met als gevolg, dat ik er heel erg veel last van kreeg. Het ging een eigen leven leiden en verpestte het mijne. Zolang ik de jaloezie niet accepteerde, woekerde en knaagde die in mij. Ik wilde er absoluut niet over praten, wat dat zou betekenen dat ik het moest toegeven. Totdat ik het gevoel kreeg dat ik stikte. In het begin had ik dan gevechten op leven en dood met mezelf. De drang om me uit te spreken, vocht zich kapot met de drang om alles vooral vóór me te houden. Ik kon het letterlijk niet uit mijn strot krijgen.
Het ego doorzien
Maar elke keer als ik, uitgeput van de strijd, toch toegaf aan de drang om het te zeggen, werd ik een stukje lichter. In het begin kostte dat uitspreken me een heleboel pijn en moeite. Naarmate ik het vaker deed (en het goed ontvangen werd; ook belangrijk), werd het steeds een beetje minder eng. Ik begon erop te mediteren en moest concluderen dat ik eigenlijk gewoon flink last had van verlatingsangst. En dat mijn eigen onzekerheid een hoofdrol speelde. Daarmee prikte ik door het argument van mijn ego heen, dat ik gewoon heel erg veel van mijn vriend hield en daarom zo’n last had van jaloezie. Jaloezie bleek niets te maken te hebben met liefde, maar alles met angst. Inmiddels heb ik er zo goed als nooit meer last van, omdat ik het heb begrepen en geaccepteerd. En omdat ik hard heb gewerkt om een beter (helderder, eerlijker) zelfbeeld te krijgen en daardoor mezelf steeds meer ben gaan waarderen. Zo hoefde ik de liefde en acceptatie die ik zocht, steeds minder buiten mijzelf te zoeken.

Drie stappen naar genezing
Uiteindelijk ben ik tot het inzicht gekomen dat emotionele zelfgenezing altijd bestaat uit drie stappen. Allereerst het inzien en erkennen dat we deze emoties hebben, en dat we ze niet voor niets hebben. Hier is het nuttig om met onszelf in gesprek te gaan en enig onderzoek te doen. “Waar komt deze emotie vandaan? Waarom heb ik hem? Hoe lang heb ik hem al? Waarom heb ik er zoveel last van?” Deze dialoog kan waardevolle informatie opleveren met als gevolg meer begrip voor onszelf. Zo’n innerlijk gesprek leidt tot meer bewustzijn, en dat is wat we nodig hebben.
De tweede stap is het volledig doorvoelen van de betreffende emotie. Hem helemaal omarmen en het verstand tijdelijk uitschakelen om het gevoel toe te laten. Pijn die lange tijd ontkend en onderdrukt is geweest, neemt altijd vanzelf af zodra hij gehoord, gezien en gevoeld wordt. Op dit punt kan het fijn zijn om iemand in je nabijheid te hebben die je kan ondersteunen. Als dat onmogelijk of onwenselijk is, dan kun je jezelf troost geven tijdens het doormaken van je pijn. Zelf heb ik geleerd om over mijn eigen hand te aaien als ik oud zeer in mijn eentje aan het verwerken was.
De derde stap is het uitspreken of benoemen van je gevoel. Zonder verhaal, gewoon als feit. “Ik heb weer last van jaloezie”, werd het zinnetje waarmee ik destijds aangaf dat ik weer eens in de knoop zat. Dat simpele zinnetje hielp me enorm bij mijn worsteling om iets te accepteren wat ik eigenlijk onacceptabel vond. En zo verdwenen langzaam maar zeker het schuldgevoel, de schaamte en de veroordeling die ik zo gewend was te voelen bij dit onderwerp.
Niet meer bang voor je eigen gevoel
Als alle emoties er mogen zijn, er werkelijk mogen zijn; als ze gehoord, gezien en gevoeld mogen worden, dan valt de bedreiging ervan weg. Dan worden lastige emoties onze vrienden, restanten uit onze kindertijd waar we iets van kunnen leren. Nog steeds merk ik vaak, dat ik een zetje nodig heb om mijn gevoelens uit te spreken. Maar dat is niets vergeleken met het stierengevecht van weleer. Het is gewoon een zetje, dat ik mezelf nu gemakkelijk kan geven. Zeker als ik me even herinner hoe heilzaam de uitwerking hiervan is geweest in mijn meer recente verleden. Als kind werd ik ervoor gestraft, maar nu word ik ervoor beloond. Dat is dus dubbele winst! Ook merk ik, dat de tijd tussen de impuls van mij willen uitspreken, en het moment waarop ik dat daadwerkelijk doe, steeds korter wordt. En dat ik veel meer rust en vrede in mezelf ervaar, nu ik weet dat ik niet meer bang hoef te zijn voor mijn eigen gevoel. Want je eigen vijand zijn, is knap vermoeiend. In dat opzicht zijn we eigenlijk altijd onze eigen vijand: de vijandigheid jegens wie of wat dan ook, bevindt zich immers in onszelf. Maar het is allemaal aangeleerd. Als we onszelf volledig accepteren en liefhebben, dan bestaan er geen vijanden meer en geen angsten. Dat vind ik de moeite waard, dus wil ik keer op keer de angst voor afwijzing overwinnen, en toch zeggen wat ik voel.